
16 oktober, 's Herthogenbosch
Kom op 1 oktober naar de stand van OVUVB.nl en ontdek hoe wij uw boete administratie vereenvoudigen én uw resultaat aantoonbaar verbeteren.
Per 1 oktober 2025 is het boetebedrag van de Uitstel-van-Betaling (UVB) in het openbaar vervoer verhoogd van €50 naar €70. Hierdoor wordt het voor OV bedrijven aantrekkelijker om de opvolging zelf te verzorgen in plaats van deze te snel over te dragen aan het CJIB.
Met OVUVB.nl behouden vervoerders grip op het proces, verhogen ze de opbrengsten, hebben ze veel minder administratieve werkzaamheden en voldoen ze aan de richtlijnen voor een sociaal verantwoorde opvolging.
Boeteopvolging in het OV: van noodzakelijk kwaad naar kansrijk instrument

Boeteopvolging in het openbaar vervoer wordt vaak gezien als een noodzakelijk kwaad: een boete wordt uitgeschreven, maar het innen ervan kost veel tijd, energie en levert vaak weinig op. Toch is dit onderwerp actueler dan ooit. Sinds 1 oktober 2025 zijn de boetes verhoogd van €50 naar €70. Voor vervoerders betekent dit dat er meer financiële ruimte ontstaat om de schade van zwartrijden te dekken – mits de boetes ook daadwerkelijk betaald worden.
Overdracht naar het CJIB is de norm, is dit nog wel in het belang van de vervoerder?
Veel OV-bedrijven dragen zwartrijboetes die na enkele weken onbetaald blijven structureel over aan het CJIB. Deze overdracht brengt een aanzienlijke administratieve last met zich mee en levert de vervoerder nauwelijks iets op, omdat er na overdracht niets meer terugvloeit naar het OV-bedrijf. Daarmee wordt het effect van de recente verhoging van de boetes (van €50 naar €70) sterk beperkt en blijft de potentiële dekking grotendeels onbenut. Omdat OV-bedrijven bovendien ESG-plichtig zijn, kun je je afvragen of deze handelswijze nog wel binnen de norm past en is niet in het belang van de vervoerder.

Zorgplicht richting BOA’s

Daarbij speelt ook een ander belangrijk punt: het werk van BOA’s. Iedere boete die door een BOA wordt uitgeschreven, moet zorgvuldig worden opgevolgd. Het is een zorgplicht van vervoerders om ervoor te zorgen dat dit werk niet voor niets is. Wanneer boetes worden overgedragen aan het CJIB, ontvangt het OV-bedrijf daar helemaal niets meer voor terug en verliest het de controle in het proces.
Boeteopvolging in het OV: van noodzakelijk kwaad naar kansrijk instrument
Wij pleiten daarom voor een andere aanpak: zelfincasso, uitgevoerd op een sociaal verantwoorde manier. Dat betekent in contact blijven met reizigers en ze de mogelijkheid geven hun schuld daadwerkelijk in te lossen. Dit levert tastbare resultaten op:
Zelfincasso biedt daarnaast extra voordelen: flexibiliteit in de opvolging, ruimte voor maatwerk bij bijzondere gevallen en kostenbesparing doordat overdracht aan het CJIB (en de bijbehorende administratieve lasten) wordt vermeden.
Boeteopvolging raakt alle lagen van de maatschappij: van studenten en nieuwkomers die onbewust niet inchecken, tot veelplegers die bewust de regels overtreden. Het vraagt om zorgvuldigheid, maar ook om effectiviteit. Door zelf de regie te houden en boetes sociaal verantwoord op te volgen, kunnen OV-bedrijven zowel hun maatschappelijke rol waarmaken als hun financiële positie versterken.
Met de verhoging van de boetes naar €70 ligt er nu een kans om de balans te kantelen: van een kostbare verplichting naar een kansrijk instrument. Tijdens de OV-Expo laten wij zien hoe vervoerders boeteopvolging kunnen omvormen tot een sterk en duurzaam onderdeel van hun beleid – met resultaat voor de reiziger, de BOA en de vervoerder.
ESG en sociaal verantwoord opvolgen

In de huidige tijd speelt ook ESG (Environmental, Social & Governance) een steeds grotere rol. Bedrijven moeten niet alleen financieel, maar ook maatschappelijk verantwoord opereren. Binnen ESG-kaders is de S van Social cruciaal: eerlijke, proportionele en transparante behandeling van debiteuren. Dat betekent: niet agressief incasseren, maar sociaal verantwoord opvolgen.
Je kunt je daarom afvragen of de overdracht van boetes aan het CJIB ESG-verantwoord, of zelfs houdbaar is. Zodra een OV-bedrijf een boete overdraagt, verliest het bedrijf de grip op de manier waarop die boete wordt opgevolgd. Het CJIB werkt met strafrechtelijke en bestuursrechtelijke verhogingen – verdubbelingen, soms zelfs meermaals – waardoor een relatief kleine boete kan uitgroeien tot een torenhoog bedrag.
Het CJIB-systeem zelf valt niet onder de ESG-plicht van de vervoerder, maar de keuze om boetes over te dragen of juist zelf sociaal verantwoord op te volgen, valt daar wél onder. Overdracht kan gezien worden als het afwentelen van maatschappelijke schade: een probleem wordt doorgeschoven naar een systeem dat boetes exponentieel verhoogt, met risico op schuldenproblematiek.
Zelf sociaal incasseren is daarentegen aantoonbaar meer in lijn met ESG, omdat de vervoerder daarmee:
-
de schade voor het eigen bedrijf dekt;
-
onnodige escalaties voorkomt;
-
kwetsbare doelgroepen beschermt tegen disproportionele verhogingen.


Kortom, door onbetaalde boetes niet automatisch over te dragen maar zelf op een gestructureerde en sociaal verantwoorde manier op te volgen, ontstaat er voor vervoerders een kans om de schade van zwartrijden beter te dekken, recht te doen aan het werk van BOA’s en invulling te geven aan hun ESG-verantwoordelijkheid. Zelfs zonder inzet van een incassobureau of gerechtsdeurwaarder.
Daarmee verandert boeteopvolging van een kostbare verplichting in een waardevol instrument dat bijdraagt aan zowel financiële stabiliteit als maatschappelijk verantwoord ondernemen.